Home

Inleiding

Algemeen

In het hoofdstuk algemeen gaan we in op de hoofdlijnen van de meerjarenbegroting 2026. We staan stil bij de belangrijkste ontwikkelingen op het gebied van beleid, bedrijfsvoering en financiën die van invloed zijn op het meerjarig perspectief van onze gemeente. Het perspectief voor de meerjarenbegroting 2026 is dat we financieel de gevolgen zien van de koude bezuinigingen van het Rijk (ravijnjaar) en de structurele disbalans tussen (wettelijke) taken en de middelen die we hiervoor ontvangen via het Gemeentefonds. Op 29 oktober vinden de derde Tweede Kamerverkiezingen in vier jaar tijd plaats. Als samenleving, gemeenschap en zeker ook als eerste overheid hebben we perspectief nodig. De Tweede Kamerverkiezingen werpen meerjarig hun schaduw over dat perspectief. Dat betekent ook dat de beleidsinhoudelijke en financiële onzekerheid op thema’s als migratie, (jeugd)zorg, wonen, duurzaamheid en gemeentefinanciën blijven voortbestaan. Onder dit gesternte moeten we lokaal toewerken naar een nieuwe gemeenteraadsperiode en college.
We hebben kunnen zorgen dat de eerste jaren van onze begroting een positief saldo hebben. Vanaf 2028 biedt het Rijk nog steeds geen structurele oplossing voor de tekorten op onze wettelijke taken, waardoor we, vooralsnog, een negatief begrotingssaldo presenteren. We gaan ervan uit dat dit alsnog vanuit het Rijk wordt rechtgetrokken, maar we zijn ook gestart met de voorbereidingen voor wanneer dit niet het geval blijkt te zijn, zodat we in 2026 en/of 2027 nog bij kunnen sturen waar nodig.

Lokaal houden we koers en werken we door aan de ingezette lijn en onze ambities op het gebied van Fijn Wonen, Samenkracht, Duurzaamheid, Beleven & Bedrijvig en Goede Voorzieningen. Dit kan ook vanuit de goede financiële uitgangspositie die we samen hebben gecreëerd. De toekomstvisie Leef Beesel biedt daarbij onze inhoudelijke stip op de horizon. We willen in 2050 een krachtige, levendige, gastvrije, vitale gemeente en gemeenschap zijn, die in evenwicht is. Op basis van drie pijlers werken we aan een sterke en veerkrachtige gemeenschap, een levendige woongemeente met een sterk recreatief en toeristisch profiel. Met focus bouwen we daarmee verder aan onze gemeenschap voor vandaag en morgen. In maart 2026 vinden gemeenteraadsverkiezingen plaats. De speerpunten uit een nieuw coalitieakkoord zullen via de kadernota en begroting 2027 worden verankerd.

De kracht van onze gemeente zit hem in de samenwerking. Samenwerking lokaal met inwoners, ondernemers, maatschappelijke partners, maar ook in het samenspel tussen gemeenteraad, college en organisatie. Samen zijn we deze kleine en krachtige gemeente. Het zit in ons DNA en dit passen we dan ook in allerlei ruimtelijke en beleidstrajecten toe.

Voor grote maatschappelijke opgaven, economische ontwikkeling en beleidsmatige afstemming werken we ook samen in regionaal verband. Onze focus ligt in de regionale samenwerking in Noord-Limburg. We zijn als Beesel een van de acht Noord-Limburgse gemeenten, die werken aan de ambitie om de Gezondste Regio van Nederland te worden. Vanuit ons perspectief en aanpak van nabijheid dragen we bij aan het realiseren van deze ambitie. Het Rijk kijkt ook steeds meer naar ‘de regio’ door te investeren via regio deals en nationale programma’s als het Nationaal Programma Vitale regio’s. Vanaf 2026 krijgt de regionale samenwerking een nieuwe governance en een aangescherpte visie. Dit helpt ons in het toekomstbestendig maken van de regionale samenwerking in Noord-Limburg en het organiseren van allerlei investeringen vanuit het Rijk.

Samen blijven bouwen aan onze Beeselse gemeenschap voor vandaag en morgen
We houden als Beesel koers door ook in 2026 te blijven werken aan de ingezette lijn op de thema’s Fijn Wonen, Samenkracht, Duurzaamheid, Beleven & Bedrijvig en Goede Voorzieningen. We maken daarbij in de meerjarenbegroting 2026 af waar we aan begonnen zijn of leggen een duurzame basis voor de volgende raadsperiode. De nieuwe toekomstvisie Leef Beesel versterkt in belangrijke mate onze ingezette koers en geeft ons als gemeente een belangrijke stip op de horizon, op zowel inhoud als organisatie. Zo blijven we ook in 2050 een kleine, krachtige en zelfstandige gemeente en gemeenschap.

  • Fijn wonen

Vanuit de ambities van het coalitieakkoord en de woonzorgvisie willen we passende woningen voor al onze inwoners realiseren, waarbij we de doorstroom versterken. Met een ambitie van 500 nieuwe woningen in 2033 willen we niet alleen de kwaliteit van het woningaanbod verbeteren, maar ook jongeren en nieuwe draagkrachtige inwoners een woning in onze gemeente bieden. In 2026 bouwen we letterlijk verder aan deze ambities door de uitvoering van de woningbouwplannen aan Rustoord, Heijackerstraat, Wederikstraat, Kleine Solberg etc. Ook werken we door aan het ontwikkelkader van Offenbekerbemden II en Vogelsweijde, we starten met het ontwikkelkader van ’t Spick.
Voor de gebiedsontwikkeling Broeklaan (voortkomend uit de pilot met BZK) zetten we samen met partners stappen om tot woningbouwontwikkeling te komen. Al met al ligt er in 2026 een stevig en toekomstbestendig fundament voor woningbouwontwikkelingen in onze gemeente. Hiermee geven we concreet invulling aan een van onze ambities uit het coalitieakkoord, het beleid van de woonzorgvisie én een van de pijlers uit de toekomstvisie.

  • Samenkracht

In 2026 blijven we inzetten op het versterken van het voorliggend veld en preventie als middel om het beroep op zwaardere zorg te laten afnemen. Via leefstijlinterventies op het gebied van voeding, bewegen en middelengebruik verbeteren we de gezondheid van onze inwoners. De rode draad in onze inzet is de samenwerking met maatschappelijke partners, professionals en vrijwilligers in het sociaal domein. Van opvoedondersteuning tot de ondersteuning van inwoners met een GGZ-vraag: middels preventie en de combinatie in samenwerking tussen professionals en vrijwilligers (maatjes) benutten we de samenredzaamheid van onze gemeenschap en versterken we die. Gezondheid is ook een belangrijk overstijgend thema in de onlangs overeengekomen meerjarige, gebiedsgerichte Dorpendeal met de provincie Limburg. Met hulp, kennis en (financiële) ondersteuning vanuit de provincie Limburg, andere gemeenten, ministeries en lokale en landelijke partners investeren we gericht in onze gemeenschap de komende 15 jaar. Een unieke kans om als kleine en krachtige gemeenten duurzaam te investeren en echt een kentering te veroorzaken in de gezondheid van onze inwoners.

  • Duurzaamheid

Een circulaire economie draagt bij aan onze doelstellingen op het gebied van duurzaamheid. Met de implementatie van het grondstoffenplan en de start van de transformatie van ons milieupark naar een waardepark zetten we op dit punt belangrijke stappen in 2026 en bouwen we voort op de reeds ingeslagen weg. Op het gebied van (grootschalige) opwek is de regionale samenwerking in de RES-regio erg belangrijk. Regionaal hebben we ons als gemeente hard gemaakt voor een collectieve ontzorging van onze inwoners als het gaat om de verduurzaming van hun woningen.

  • Goede Voorzieningen

Goede voorzieningen is een belangrijk onderscheidend element van ons als kleine gemeente. In deze raadsperiode investeren we in alle kernen in de toekomstbestendigheid van deze voorzieningen. Eind september 2025 besluit de gemeenteraad over het toekomstperspectief van een van de belangrijkste maatschappelijke accommodaties in onze gemeente: de Schakel. Afhankelijk van dit besluit werken we in 2026 verder aan de nieuw- / verbouw van deze belangrijke voorziening en dragen we bij aan de leefbaarheid, samenkracht en samenredzaamheid in onze kernen. In 2026 start de bouw van het Integraal Kind Centrum Beesel (IKC), waarmee we voor de kern Beesel een belangrijke voorziening realiseren. Ook op het gebied van infrastructuur en verkeer(-sveiligheid) gaan we met verschillende knelpunten aan de slag. Hiermee geven we uitvoering aan het vastgestelde mobiliteitsplan.

  • Beleven en bedrijvig

Het belang van toerisme voor onze gemeente is groot. Met de Groene Loper route verbinden we de toeristische beleving van de Maas met het Brachterwald en de herontwikkeling van de openbare ruimte bij de Witte Stein draagt bij aan ons grensoverstijgend karakter. Er wordt geïnvesteerd in de toeristische infrastructuur via thematische routes en een goede infrastructuur. Natuurlijk faciliteren we de ontwikkeling van Drakenrijk als jaarrond park. De beleving van de Maas krijgt daarbij ook meer aandacht in toeristisch perspectief. In 2026 werken we aan de herijking van onze toeristische visie In het spoor van de Draak en daarmee onze toeristische ambities, voortbordurend op onze toekomstvisie. Met Sint Joris en de Draak hebben we als gemeenten een uniek en onderscheidend thema. In 2026 bereiden we de aanvraag voor de Europese Culturele Route voor. In 2026 bouwen we verder voort op het versterken van het ondernemerschap in onze gemeente. Dit moet leiden tot meer samenhang, gedeelde ambities en een grotere slagkracht van het bedrijfsleven in Beesel. We zetten daarbij in op het versterken van het georganiseerd vermogen en het aanjagen van de samenwerking op de bedrijventerreinen in onze gemeente.

Een toekomstbestendige organisatie met een sterke identiteit
We zijn een ambitieuze gemeente die #gewoonsamen sterk staat, eigenheid heeft en blijft bouwen aan een kleine en krachtige gemeente. Samen met onze inwoners, partners en ondernemers én onze ambtelijke organisatie. We vragen van elkaar om ondernemend, evenwichtig, nabij en wendbaar te zijn, nu en in de toekomst. Belangrijk hierin is ook dat we een goed en aantrekkelijk werkgever zijn en blijven. Dat betekent dat we versterken wat we al zijn en ontwikkelen wat we nodig gaan hebben. Ons doel blijft duurzaam inzetbare medewerkers op de juiste plek, ieder op zijn eigen deskundigheid in de samenwerking met de ander waarbij gerichte aandacht is voor efficiëntie en effectiviteit. Op deze manier blijven we wendbaar in een tijd waarin onzekerheid een rol speelt op vele vlakken. We investeren in een stabiele en veerkrachtige ambtelijke organisatie met goed werkgeverschap dat elke dag wordt geborgd in de relaties tussen de gemeenschap, de organisatie en de medewerker.

Financiële ontwikkelingen 2026
Om onze ambities te verwezenlijken is een reële en gezonde financiële positie van belang. Het financiële beleid van de afgelopen jaren heeft ervoor gezorgd dat we een realistische begroting hebben en een goede financiële positie. De constante doorontwikkeling van onze P&C-cyclus draagt daar ook aan bij.

Het begrotingsproces
Om tot een sluitende begroting 2026 te komen hebben we goed gekeken naar onze inkomsten en uitgaven en naar de efficiency en effectiviteit van onze inzet. We hebben daarbij verantwoord keuzes gemaakt in onze uitgaven (waarbij de impact van de keuzes weinig tot geen invloed hebben op onze gemeenschap of organisatie), inkomsten uit SPUKS ingezet ter dekking van onder andere personeelskosten en activiteiten geschrapt. Dit heeft een positief effect op onze meerjarenbegroting, waardoor ons ingezette beleid en ambities nog niet onder druk komen te staan. We hebben de begroting daarmee in lijn van de adviezen van de VNG opgesteld.

Gedurende het begrotingsproces hebben we steeds gezocht naar een gezonde balans tussen risico's enerzijds en financiële kansen anderzijds. Een voorbeeld van een risico waar we in de begroting rekening mee houden, is de inflatie. We hebben, met de kennis van nu, een reële inschatting gemaakt van deze inflatie. Er bestaat echter het risico dat deze hoger uitvalt dan we momenteel kunnen inschatten.
Aan de andere kant zien we ook kansen die we in onze begroting (juridisch gezien) nog niet mogen verwerken. Eén van deze kansen is de algemene herverdeling van het Gemeentefonds, die een positief effect op onze begroting zal hebben.
We zijn van mening dat er, met het zorgvuldig afwegen van de kansen en risico's, sprake is van een gezonde balans in deze begroting.

We zien echter dat de onzekerheden vanuit het Rijk van invloed zijn op onze begroting vanaf 2028 en daarmee ook van invloed zijn op onze gehele organisatie en onze ambities. In de volgende paragraaf gaan we daar verder op in.

Voorjaarsnota Rijk vs meerjarenperspectief
Bij het opstellen van de Kadernota is een dubbele opgave geschetst. Enerzijds vanwege de bezuiniging op het Gemeentefonds (ravijnjaar) en het uitblijven van reële compensatie voor de uitgaven op onze wettelijke taken. Anderzijds vanwege de stijgende kosten van deze wettelijke taken.
Een belangrijk voorbeeld hiervan zijn de gewijzigde tarieven voor maatwerkvoorzieningen die vallen onder de Participatiewet, de WMO en de Jeugdwet. Deze stijgen door gewijzigd Rijksbeleid en hebben een grote impact op onze begroting.

Met de voorjaarsnota van het Rijk is dit beeld enigszins bijgesteld, zij het voor de jaren 2026 en 2027. Meerjarig blijft een compensatie via het Gemeentefonds vooralsnog uit. Concreet betekent dit dat het "ravijn" van 2026 voor een groot deel is gedempt, maar tevens wordt doorgeschoven naar 2028. Dit resulteert ook in een negatief begrotingssaldo vanaf dat jaar.
We hebben er bewust voor gekozen om dit negatieve saldo te laten staan. Enerzijds omdat we nog niet onnodig in onze ambities of organisatie willen snijden. Anderzijds omdat ervaring leert dat het Rijk toch vaak op het laatste moment tot compensatie overgaat. Het nu al doorvoeren van een bezuinigingstraject vanaf 2028 zou onze gemeente wellicht onnodig hard treffen.
Uiteraard gaan we vanaf 2026 wel op de achtergrond aan de slag met het in kaart brengen van bezuinigingsmogelijkheden, mocht het Rijk vanaf 2028 niet tot compensatie overgaan.

Een toekomstbestendige begroting
Het meerjarig begrotingssaldo van de begroting 2026 ziet er als volgt uit:

Bedragen x € 1.000

2026

2027

2028

2029

Begrotingssaldo

340

17

-535

-186

In de onderstaande tabel geven we de inkomsten uit het Gemeentefonds.
Bedragen x € 1.000

2026

2027

2028

2029

Gemeentefonds

32.816

33.396

33.262

34.375

Met bovenstaande wordt wederom de grilligheid van het Rijk ten aanzien van het Gemeentefonds bevestigd. We zijn als kleine gemeente relatief sterk afhankelijk van het Gemeentefonds in vergelijking met grote gemeenten. Echter, met een sterke reservepositie kunnen we niet alleen de risico's in de lopende begroting opvangen maar ook de tijdelijke kortingen van Rijkswege dekken. Tevens kunnen we nog steeds invulling blijven geven aan onze ambities. Zoals eerder aangegeven, kiezen we er bewust voor niet te snijden in onze ambities en het tekort als gevolg van de kortingen op het Gemeentefonds scherp en inzichtelijk te houden.

Taakstellingen
In de voorliggende begroting hebben we twee taakstellingen opgenomen, te weten: de hervormingsagenda Jeugd en de het financieel effect strategisch personeelsplanning. Bij beide taakstellingen hebben we bekeken in hoeverre de invulling hiervan in de komende begrotingsperiode (nog steeds) realistisch is. Dat levert het volgende beeld op:

Bedragen x € 1.000

Taakstelling

2026

2027

2028

2029

1. Hervormingsagenda Jeugd (netto)

329

394

803

805

2. Financieel effect strategische personeelsplanning

300

450

600

600

Totaal

629

844

1.403

1.405

Ad 1: We werken nog steeds hard aan de doelstellingen uit de hervormingsagenda, waarbij we steeds meer inzetten op preventie en vroegsignalering. Dit zal uiteindelijk moeten leiden tot een verlaging van de maatwerkvoorzieningen. In de voorjaarsnota heeft het Rijk bepaald dat het ingroeipad voor de hervormingsagenda voor een deel van de hervormingsagenda Jeugd naar 2028 (was 2026) verschoven wordt.

Ad 2: Met de strategische personeelsplanning zetten we nog meer in op de juiste persoon op de juiste plek en het werk efficiënt en effectief organiseren. Een belangrijk uitgangspunt hierbij is dat we ambtelijk en bestuurlijk meer voorzienbaarheid creëren rondom onze ambities en projecten. Maar ook dat we scherpere keuzes maken over wat we wel en niet doen, hoe we prioriteren en welke snelheden passen in relatie tot beschikbare capaciteit.
We steken daarbij niet in op een bezuinigingsslag, maar op een cultuuromslag in het denken over ons personeelsbeleid en de inzet van onze medewerkers op wijzigende takenpakketten. Dit leidt onder andere tot een besparing op onze personeelskosten.

Tot en met 2025 hadden we een taakstelling zero based budgeting (ZBB) in onze begroting opgenomen. Deze taakstelling hebben we jaarlijks weten in te vullen met incidentele posten. Vanaf de begroting 2026 hebben we hier structureel invulling aan kunnen geven.

Reservepositie en 10% regeling
De reservepositie van de gemeente blijft ook in deze begroting onverminderd goed. Op 1 januari 2026 heeft de gemeente de beschikking over ruim € 7 miljoen aan vrije reserve. In de begroting 2025 hebben we het eerst gebruik gemaakt van de mogelijkheid om een deel (max 10%) van onze vrije reserve in te zetten om de begroting sluitend te maken. In de begroting 2026 continueren we deze werkwijze. We compenseren deze uitname grotendeels door een jaarlijkse storting in de reserve uit de verwachte baten voor de opvang van vluchtelingen.

Lokale Heffingen
De belastingdruk voor een gemiddeld gezin met eigen woning ziet er als volgt uit:

Bedragen x € 1

 

2025

2026

2027

2028

2029

OZB

458

472

486

501

516

Rioolheffing

180

188

197

207

217

Afvalstoffenheffing (vastrecht) 

171

184

196

209

221

Ledigingen

55

57

57

57

57

Lastenverlichting

-36

-18

0

0

0

Totaal

828

883

936

974

1.011

Stijging absoluut

55

53

38

37

Stijging procentueel

6,64%

6,00%

4,06%

3,80%

 

  • Voor OZB handhaven we de jaarlijkse stijging van 3% uit de meerjarenbegroting 2024;
  • De rioolheffing verhogen we jaarlijks met € 8,75 conform het Raadsbesluit ‘Gemeentelijke Rioleringsplan 2023-2027’. Vanaf 2028 bedraagt de jaarlijkse stijging € 10;
  • Bij de afvalstoffenheffing is sprake van diverse ontwikkelingen inclusief bijbehorende kostenstijgingen. Om ook toekomstig deze kosten te kunnen blijven dekken, is vanaf 2026 een jaarlijkse verhoging van het vastrecht binnen de afvalstoffenheffing benodigd ad € 12,50 en worden de tarieven voor de ledigingen aangepast;
  • Tegelijkertijd stellen we in deze begroting een lastenverlichting van € 18 per huishouden voor. Gelet op het meerjarig saldo voeren we deze lastenverlichting niet structureel door. De belastingdruk voor een gemiddeld gezin stijgt daarmee in 2026 met 6,64% ofwel € 55,00. Met de eenmalige lastenverlichting van € 18 in 2026 willen we als gemeente Beesel onze huishoudens en inwoners tegemoet komen en proberen we de stijging van de kosten iets te dempen.
Deze pagina is gebouwd op 09/23/2025 10:53:17 met de export van 09/23/2025 10:47:29